Het district Magnissia ligt in het zuidoosten van Thessalië, grenst aan de Egeïsche Zee en werd al in de prehistorie bewoond. Het gebied dankt zijn naam aan de eerste bewoners van de streek, de Magnesiërs.
Volos vormt samen met de gemeente Nea lonia de hoofdstad van dit district en heeft een ongeveer 130.000 inwoners.
Het is de derde havenstad van Griekenland en een moderne stad waar verschillende oude monumenten te zien zijn maar echte bezienswaardigheden heeft de stad niet te bieden.
Volos, het antieke Lolkos, ligt aan de Pagasaeïsche Golf. Deze industrie rijke stad werd in het verleden verscheidene malen verwoest en voor de laatste maal na een aardbeving in 1955 weer opgebouwd volgens een rechthoekig stratenplan. De stad staat ook bekend om de "Tsipouradika". Tsipouro is een soort jenever van druivenschillen die verkocht worden in de bekende "ikosipentarakia" (kwartliter flesjes).
Sporen uit de oudheid bevinden zich in het westen bij de opgravingplaatsen Lolkos, Diminti en Sesklo en in het zuiden bij Demetrias en Pagase. De belangrijkste vondsten bevinden zich in het Archeologisch Museum van Volos. Met name Sesklo is archeologisch gezien één van de belangrijkste nederzettingen in heel Griekenland, de opgravingen hebben de overblijfselen van een paleis en een oude burcht aan het licht gebracht.
Pagasai was de oude haven van Lolkos in de Mykeense tijd. Hier werd volgens de mythologie de boot Argo van Jason te water gelaten. Volgens de mythologie stuurde de koning van Lolkos, Pelias, lang voordat de Trojaanse Oorlog uitbrak zijn neefje Jason naar Kolchida om het Gulden Vlies te zoeken, hopend dat het kleine neefje nooit meer van deze zoektocht zou terugkeren. Vol goede moed vertrokken Jason en zijn Argonauten met de Argo uit de haven van Volos en dankzij de hulp van de heks Mideia (Medea) slaagden zij erin alle valstrikken onderweg te overwinnen en keerden ze uiteindelijk met het Gulden Vlies terug.
Velestino is gebouwd op de plaats van het antieke Pherai, het mythische land van koning Admitos, de echtgenoot van Alkisti. Op de plaats van het Phtiotische Thivai (Thebai) en de antieke stad Pyrasos bevindt zich heden Nea Agchialos. De belangrijkste bezienswaardigheden van het gebied zijn de ruïnes van de oude kerken, daarnaast treft men er badhuizen en een bisschoppelijk paleis aan, allen met fraaie mozaïeken versierd.
Almyros is na Volos de grootste stad van Magnissia en in de stad staat het klooster van Panagia Xenia met een icoon die naar men zegt van de hand is van de evangelist Lukas. Bijzonder indrukwekkend is het nabijgelegen Kouri, een bos met reusachtige eiken en het enige "vlakke" bos in het Middellandse Zeegebied.

Pilion
Maar de meeste toeristen kennen Magnissia vooral vanwege het schiereiland en bergstreek Pilion, het gebied huisvest zeldzame vegetatie, vol loof- en fruitbomen met beeldschone dorpen en fantastische stranden.
In de Oudheid fungeerde de Pilion regelmatig als het toneel voor vele mythes en legendes, het is het mythische land van de Centauren, de merkwaardige wezens met het lichaam van een paard en het bovenlijf en hoofd van een mens.
In Argalisti, maar dat geldt eigenlijk voor de meeste dorpen bij de Pilion, treffen we prachtige kerkjes met schitterende klokkentorens en vaak op prachtige plaatsen gelegen kloosters. Het gebied is waterrijk en heeft derhalve ook een rijke vegetatie.
In Milina en Chorto treft men mooie zandstranden aan, de groene eilandjes Alatas en Prasouda maken het plaatje compleet. Op het uiterste puntje van het vasteland van Magnisia bevindt zich Trikeri en voor de kust het gelijknamige kleine eilandje. Een van de belangrijkste dorpen van Pilion is Milies, een belangrijk cultureel centrum, de bibliotheek van het dorp is één van de belangrijkste bibliotheken van Griekenland, met zeldzame boeken, schriften en handschriften. Beziensaardig zijn ook de prachtige herenhuizen en de kerken in deze streek, met name de kerk van Pammegisti Taxiarches.
Even verderop ligt één van de mooiste dorpen uit de streek, Byzitsa, met indrukwekkende herenhuizen en schilderachtige straatjes en een rijke vegetatiè. Ook bijzonder fraai op de helling gelegen is het dorp Tsagarada, waar men midden op het plein de oudste plataan van de Pilion aantreft. Het dorp bestaat uit vier wijken. men vindt er met name leuke, kleine oude kerkjes.
Agria is een kleine stadje aan de kust, waar men leuke restaurants en tavernes aantreft aan het water, het stadje is een belangrijk vakantiecentrum voor de inwoners van Volos. De dorpjes Kato en Ano Lechonia zijn bekend vanwege hun schitterende bloementuinen. Bij het strand van het stadje Platanidia liggen eveneens verschillende vistavernes alsmede bij het drukbezochte Kala Nera. Een bekend lokaal gerecht is de Spentzofaï (worst met paprika).
Zwemmen kan men bij Mylopotamos, waar het strand op sommige plaatsen met zand, op andere plaatsen met kiezel bedekt is. Een ander toeristisch kustdorpje is Agios loannis, dat vooral in de zomer druk bezocht wordt.
Het dorpje Zagora maakte in de 17de en 18de eeuw een grote bloeiperiode mee, zowel cultureel als commercieel. Neemt vooral een kijkje bij de prachtige herenhuizen en de kerken van het dorp en bij het naburige dorp Pouri gelegen schitterende kastanjebos. Zagora wordt zoals vele dorpen op de Pilion het hele jaar door drukbezocht, omdat het zich op korte afstand van bekende wintersportplaatsen en ook dicht bij de stranden aan de oostkust bevindt. Portaria en Makrinitsa zijn terecht erg populair, in de dorpen staan statige herenhuizen en prachtige kerken.
We hebben lang niet alle dorpen van de Pilion hier genoemd, maar voor bijna alle dorpen in dit gebied geldt, dat zij dezelfde traditionele kleur, dezelfde perfecte harmonie tussen berg en zee en hetzelfde schitterende landschap bezitten als diegene die we hiervoor wel hebben vermeld. We laten het geheel aan de bezoeker over, ook deze dorpjes te ontdekken, om te zien waarom dit gebied nog altijd een van de mooiste streken van heel Griekenland is.